Kristof Steegmans: ‘Concrete afspraken rond tijd en toegankelijkheid maken werken met een beperking werkbaar’
Kristof Steegmans (46) is sinds een zestal jaar de bezieler van WeTravel2, een reisorganisatie die zich voornamelijk richt op toegankelijke reizen voor mensen met een beperking. Als ervaringsdeskundige is hij zich zeer bewust van de noden die komen kijken bij het leven op wielen. Op zijn achttiende brak Kristof zijn nek tijdens een duikongeval, liep een dwarslaesie op en doorstond een pittige revalidatie. Daarna besloot hij bedrijfsbeheer en marketing te gaan studeren en legde hij zich in avondschool ook nog toe op informatica. Zijn weg naar de arbeidsmarkt liep al heel snel in de richting van zelfstandig ondernemerschap. Voor overlegplatform Handicap & Arbeid deelde hij met veel enthousiasme zijn kijk op een goede praktijk in het kader van werkbaar werken met een arbeidshandicap.
Wat zijn voor jou de basisingrediënten voor werkbaar werk?
‘Dat vind ik een moeilijke vraag omdat het volgens mij redelijk individueel is, zeker wanneer we het hebben over personen met een beperking. Je hebt mensen met lichte en zware beperkingen, mensen die snel vermoeid zijn of juist niet. Dat maakt die basisingrediënten dus heel persoonlijk.’
‘Het belangrijkste is dat de werkomgeving toegankelijk is, zowel voor werknemer, werkgever als voor iedereen er komt. Toegankelijkheid is dus misschien wel de belangrijkste basis. Daarnaast zijn duidelijke afspraken rond wanneer en hoe je kan werken cruciaal. Over de tijdsbesteding moeten concrete, heldere afspraken gemaakt worden.’
‘Ik merk dat personen met een beperking soms meer tijd nodig hebben, niet per se om het werk zelf te verrichten, maar wel de voorbereiding om tot de werkplek te geraken, om naar het toilet te gaan, om te eten en te drinken en andere verplaatsingen te maken. Alles wat met tijd en toegankelijkheid te maken heeft, vormt voor mij de essentie voor werkbaar werk.’
Hoe verliep jouw re-integratie op de arbeidsmarkt?
'Ik was heel jong toen ik mijn ongeval heb gehad, amper 18 jaar. Ik had daarvoor nog nooit ervaringen opgedaan op de arbeidsmarkt want ik was nog aan het studeren. Na mijn ongeval heb ik een jaar à anderhalf jaar moeten revalideren, daarna ben ik een jaar thuis geweest en dan ben ik opnieuw gaan studeren. Toen ik klaar was om te beginnen werken, ben ik redelijk snel als zelfstandige aan de slag gegaan. Eerst als IT consultant en vijf, zes jaar geleden heb ik dan het reiskantoor opgericht.’
‘Voor mij was het als jonge gast vooral een zoektocht naar wat in mijn situatie de ideale manier was om me te integreren op de arbeidsmarkt. Als zelfstandige werken zorgde voor de nodige flexibiliteit om een aantal dingen te kunnen doen die als werknemer misschien (nog) minder evident zijn.’
‘Een van de redenen waarom ik zelfstandige geworden ben, is dat het voor mij zo makkelijker te kiezen is wanneer en hoe ik werk. Zo kan ik nu bijvoorbeeld ’ s morgens iets later beginnen en ’s avonds iets later doorwerken, én hoef ik niet altijd op dezelfde werkplek te zijn om mijn taken uit te oefenen.’
Voel je je begrepen in de werkomgeving die je nu gecreëerd hebt?
‘Ik voel me zeker goed begrepen. De mensen waar ik mee samenwerk, aanvaarden me zoals ik ben, en omgekeerd. In het verleden heb ik als IT-consultant nog voor andere bedrijven gewerkt, ook op werkplekken waar een handicap niet altijd evident was, zoals in een productieomgeving, bijvoorbeeld. Toch heb ik me nooit een buitenbeentje gevoeld. Ik heb daar dus zelf nooit problemen mee gehad.’
Je zal misschien toch ook dagen hebben dat het minder goed gaat, maak je dat dan bespreekbaar?
‘Ik heb persoonlijk geen moeite om erover te praten, maar ik zal er niet altijd spontaan over beginnen. Mijn mentaal goed voelen zit redelijk oké. Dat is ook een beetje mijn persoonlijkheid: ik voel me niet snel minder of moeilijk. Bij mij zit het vooral in het lichamelijke, in de beperkingen die ik ondervind door mijn handicap. Ik kan fysiek niet alles, zoals zware dingen heffen. Recent zei ik het nog tegen iemand: als ik mijn gsm, mijn auto en mijn laptop heb, ben ik evenwaardig aan anderen, ook al kan ik fysiek niet de dingen doen zoals iemand anders.’
Wat zijn volgens jou de grootste misvattingen over werken met een arbeidsbeperking?
‘Ook weer een moeilijke vraag, maar misschien toch dit: een fysieke beperking staat niet automatisch gelijk aan een verstandelijke beperking. Vaak gaan mensen denken dat iemand met een zichtbare beperking minder is, minder snel dingen kan of automatisch moeilijkheden zal ondervinden om werk te verrichten. De vooroordelen zijn dus misschien wel de grootste misvatting.’
Als je jezelf zou verplaatsen in de situatie van iemand die een onzichtbare beperking heeft, wat lijkt jou dan de grootste misvatting?
‘Mis begrepen worden. Het niet kennen van de beperking of het zich niet kunnen verplaatsen in de persoon en denken ‘je ziet het niet, dus als je het niet ziet, is het er ook niet’. Het chronisch vermoeidheidssyndroom (CVS) of moeite hebben met je te concentreren voor een lange tijd: dat zie je niet op mensen hun gelaat, maar het is er wel. Je niet begrepen voelen is bij mensen met een onzichtbare beperking dus misschien wel een extra grote drempel.’
Hoe zien jouw i-deals (individuele maatwerkafspraken) eruit?
‘Als zelfstandige kan ik natuurlijk redelijk veel zelf bepalen, maar i-deals draaien bij mij, zoals ik al eerder aangaf, vooral rond tijd. Niet op vastgelegde tijdstippen moeten beginnen en eindigen, tussenpauzes en middagpauzes die voldoende ruim zijn.’
‘In het dagelijkse leven verplaats ik me met een elektronische rolstoel omdat ik me dan mobieler voel. Een goed onderrijdbaar bureau is voor mij noodzakelijk, zodanig dat ik vrij kan bewegen, voldoende ruimte heb voor mij benen en overal vlot aankan. Een gewone computer volstaat, al moet die wat afgestemd worden in de juiste positie om maximaal toegankelijk te zijn. Samengevat: toegankelijkheid en tijd.’
Als je zelf drie dingen zou mogen veranderen aan het systeem om onze arbeidsmarkt inclusiever te maken, wat zou je dan graag anders zien?
‘De grootste drempel is volgens mij nog altijd de moeilijke scheiding tussen inkomensvervangende tegemoetkomingen en opnieuw beginnen werken. Redelijk veel mensen worstelen daarmee. Ze hebben een uitkering omwille van hun handicap, maar wanneer ze terug gaan werken, verliezen ze redelijk snel (alle) inkomsten van die uitkering, terwijl ze dat niet altijd aan hetzelfde tempo volwaardig kunnen compenseren met werk. Daar mag de overheid dus best wat flexibeler in zijn zodat mensen met een beperking toch een nuttige tijdsbesteding kunnen hebben en hun steentje kunnen bijdragen aan de maatschappij terwijl ze tegelijkertijd ook goed ondersteund worden.’
‘Het tweede wat zeker nog beter kan, is de tussenkomst in het aanpasbaar maken van de werkvloer. Daar wordt al wel werk van gemaakt, maar het kan volgens mij nog vlotter georganiseerd worden.’
‘En drie: meer flexibiliteit rond arbeidstijd. Misschien moet dat niet in de wetgeving gegoten worden, maar kan dat redelijk individueel afgesproken worden met werkgevers.’
Afsluitend ben ik nog best nieuwsgierig wat er allemaal komt kijken bij toegankelijk reizen.
‘Ofwel heb je een beperking van bij de geboorte en ken je jouw situatie al heel lang, ofwel krijg je een beperking door een ongeval of door een ziekte, en kom je op een bepaald moment plots in een totaal nieuwe situatie terecht. Dan is er een leven voor en een leven na de beperking, en is de eerste stap eigenlijk het krijgen van goede informatie. Mensen vragen zich af of ze nog wel kunnen reizen met het vliegtuig, hoe het in z’n werk gaat met een rolstoel of met krukken of andere hulpmiddelen, waar ze nog naartoe kunnen…’
‘Bij WeTravel2 ondersteunen we reizigers met beperkingen dus in alles van vervoer en verblijf tot uitstappen en dagelijkse verzorging. Denk maar aan beroep doen op lokale verpleegkundigen, aan het voorzien van een douchestoel of het huren van een scootmobiel of een rollator.’